Afbeelding van de auteur.
38+ Werken 28,039 Leden 389 Besprekingen Favoriet van 97 leden

Over de Auteur

Steven Pinker is an authority on language and the mind. He is Peter de Florez professor of psychology in the department of brain and cognitive sciences at the Massachusetts Institute of Technology. He lives in Cambridge, Massachusetts. Steven Arthur Pinker was born on September 18, 1954 in Canada. toon meer He is an experimental psychologist, cognitive scientist, linguist, and author. He is a psychology professor at Harvard University. He is the author of several non-fiction books including The Language Instinct, How the Mind Works, Words and Rules, The Blank Slate, The Stuff of Thought, and The Sense of Style: The Thinking Person's Guide to Writing in the 21st Century. His research in cognitive psychology has won the Early Career Award in 1984 and Boyd McCandless Award in 1986 from the American Psychological Association, the Troland Research Award in 1993 from the National Academy of Sciences, the Henry Dale Prize in 2004 from the Royal Institution of Great Britain, and the George Miller Prize in 2010 from the Cognitive Neuroscience Society. He was twice a finalist for the Pulitzer Prize, in 1998 and in 2003. In 2006, he received the American Humanist Association's Humanist of the Year award for his contributions to public understanding of human evolution. (Bowker Author Biography) toon minder

Werken van Steven Pinker

Hoe de menselijke geest werkt (1997) 4,771 exemplaren
The Best American Science and Nature Writing 2004 (2004) — Redacteur — 291 exemplaren
Hotheads (2005) 72 exemplaren

Gerelateerde werken

The Oxford Book of Modern Science Writing (2008) — Medewerker — 802 exemplaren
Het uitdrukken van emoties bij mens en dier (1872) — Introductie, sommige edities754 exemplaren
Darwin (Norton Critical Edition) (1970) — Medewerker — 655 exemplaren
Het misverstand opvoeding : over de invloed van ouders op kinderen (1998) — Voorwoord, sommige edities559 exemplaren
Unpacking My Library: Writers and Their Books (2011) — Medewerker — 379 exemplaren
A Velocity of Being: Letters to a Young Reader (2018) — Medewerker — 234 exemplaren
The New Humanists: Science at the Edge (2003) — Medewerker — 230 exemplaren
The Best American Essays 2010 (2010) — Medewerker — 227 exemplaren
The Best American Science Writing 2010 (2010) — Medewerker — 103 exemplaren
Taking Sides: Clashing Views in Gender (2006) — Medewerker, sommige edities55 exemplaren
Jewish Jocks: An Unorthodox Hall of Fame (2012) — Medewerker — 54 exemplaren

Tagged

Algemene kennis

Leden

Discussies

Are we living in the most peaceful era of world history? in History: On learning from and writing history (september 2013)

Besprekingen

xperimenteel psycholoog Steven Pinker verdedigt in zijn boek "Verlichting nu' vurig de waarden van de Verlichting. Met behulp van de wetenschap en het humanisme zullen we de problemen die we hebben als mensheid oplossen en verder gaan op het pad van de vooruitgang.
Wie de krant erop naslaat, is geneigd te denken dat de wereld gedoemd is ten onder te gaan, of dat de periode van vooruitgang voorgoed voorbij is Steven Pinker laat zich echter niet gek maken en kijkt naar de feiten. En die zijn hoopvol. We worden gezonder, rijker, leven meer in vrede, en zijn zelfs steeds gelukkiger. En dat is niet alleen zo in het rijke Westen, maar overal ter wereld. De oorzaak? Het vertrouwen in wetenschap en redelijk denken dat sinds de Verlichting steeds wijder is verspreid. Wat wel waar is: die Verlichting staat onder druk. Er is scepsis tegen wetenschap, en demagogen proberen het vertrouwen in redelijk denken te ondermijnen.
Toon minder
Recensie(s)
Van de Amerikaanse psycholoog Steven Pinker verschenen verschillende boeken in het Nederlands die vooral gingen over taal, bewustzijn en intelligentie. Nu verschijnt er een indrukwekkend boek van zijn hand waarin hij beschrijft dat onze wereld objectief vaststelbare vooruitgang kent. Ofschoon dit een tegenintuïtieve stelling is, maakt hij die plausibel aan de hand van cijfermateriaal op talloze gebieden, zoals gezondheid, levensonderhoud, milieu, vrede, veiligheid, democratie en kwaliteit van leven. Pinker meent dat deze vooruitgang vooral toe te schrijven is aan de impact van Verlichtingsidealen als rede, wetenschap en humanisme (het doel om menselijk welzijn te maximaliseren). Moeilijk maar interessant. Veel voorbeelden hebben betrekking op de situatie in Amerika. Pinker schrijft erg wollig en bewandelt talloze zijpaden. Ook is het boek tijdgebonden door de talloze verwijzingen naar de regering van Trump. Het boek loopt uit op een felle en inhoudelijk rammelende kritiek op religie, volgens Pinker de grootste vijand van het humanisme en bron van veel kwaad in de wereld. Het boek is zeer relevant in een tijd van "fake news' en "post truth' en zet aan tot nadenken. Voorzien van een aantal grafieken en tabellen, talrijke eindnoten, een literatuurlijst en register.
… (meer)
 
Gemarkeerd
aitastaes | 55 andere besprekingen | Apr 29, 2019 |
Wie mij een beetje volgt op deze site weet dat ik zelden hoge scores geef aan boeken; ik hou ervan heel duidelijk onderscheidingen te maken en aan te geven wat gewoon goed is en wat er (al of niet in grote mate) bovenuit steekt, en écht de moeite waard is. En dit boek is er zo eentje dat tot de topcategorie behoort: niet omdat het een perfect boek is (zie verderop), integendeel; wel door de breedte, de diepte, de inzichtelijke, gefundeerde, genuanceerde en toch gedurfde manier waarop Pinker dit toch wel erg delicate onderwerp heeft aangepakt.
Het is niet doenbaar om een grondige bespreking van dit boek te geven. Alleen al omdat het eigenlijk verschillende boeken bijeen zijn: een globale, vooral kwantitatieve benadering van fysiek geweld (in al zijn vormen) in de menselijke geschiedenis waarbij Pinker vaststelt dat die een gestage maar zeer duidelijke afname vertoont; een globale verklaring van die afname in een proces van humanisatie en civilisatie; en tenslotte een uitdieping van het goede en het kwade in de mens in het algemeen, met vooral aandacht aan biologische en psychologische aspecten die geweld bevorderen of juist verminderen.
Voor mij is het betoog van Pinker, zowel in zijn vaststellingen als in zijn analyse absoluut overtuigend. Het sluit aan bij mijn innerlijke overtuiging (die uiteraard zowel op persoonlijke waarneming als emotionele oriëntatie gebaseerd is), maar het sluit ook aan bij veel van wat ik de voorbije jaren bijeen las, vooral historisch. Pinker heeft 100% gelijk dat we komaf moeten maken met het romantische nostalgisme en cultuurpessimisme (vroeger was het beter, nu gaan we van kwaad naar erger), dat niet meer is dan een reactionaire reflex, ingegeven door emotionele (vooral angst), ideologische en religieuze verblinding. Voor hem is het niet toevallig dat de moderniteit (met zijn accent op rationaliteit) samen is gegaan met een humanitaire en beschavingsrevolutie die dus onder meer geleid heeft tot een markante afname van het geweld, wereldwijd. En dat ondanks de dagelijks stroom aan negatieve berichten en conflicten en oorlogen die onze wereld nog altijd teisteren.
Toch is dit, zoals al aangegeven, geen perfect boek. Zo heb ik enig voorbehoud bij Pinker’s neiging om bij de zoektocht naar verklaringen erg in te zoomen op evolutionair-biologische aspecten; ik begrijp dat wel, want die denkrichting is in zijn vakdomein (de sociale psychologie in de heel brede zin van het woord) de voorbije halve eeuw toch wel toonaangevend geworden en heeft zeker verheldering gebracht. Maar de af en toe impliciete suggestie van Pinker dat het om ultieme verklaringen gaat (noodzakelijk én voldoende) werkte voor mij erg storend. Gelukkig nuanceert hij dat dan weer op andere plaatsen.
Tweede voorbehoud: Pinker waarschuwt geregeld voor uitspraken over toekomstige ontwikkelingen, en haalt het bekende gezegde aan dat sociale wetenschappers zich beter niet aan voorspellingen wagen, want ze hebben al moeite genoeg met het verleden. Toch formuleert Pinker in zijn boek geregeld optimistische toekomstverwachtingen, zij het meestal met het nodige voorbehoud en met nuance, en dat bevreemdt. Op dit moment, 2018, bijvoorbeeld ziet de wereld er toch lichtjes anders uit dan toen zijn boek werd geschreven (2009-2011) en heeft zijn ongebreideld geloof in het verder oprukken van het liberaal humanisme en rationalisme toch wel een deuk gekregen.
Derde voorbehoud: Pinker illustreert zijn stellingen voortdurend met zowel algemene statistische onderzoeken als specifieke experimenten. Wat daarbij opvalt, is dat die onderzoeken hoofdzakelijk westers (in het bijzonder Amerikaans) georiënteerd zijn. Pinker doet wel pogingen om geografisch en cultureel uit te breken, maar de vaststelling is toch dat zijn bewijsmateriaal bijna volledig westers (Amerikaans-Europees) is. En dat houdt toch een groot risico op vertekening in. Een beetje gelijklopend daarmee is dat zijn bewijsmateriaal ook in tijd erg gesitueerd is, namelijk vooral vanaf de jaren 1960 tot de jaren 2010, hoe dan ook een tijdperk van globalisering en enorme vooruitgang in technologie en wetenschap. Ook dat kan voor een vertekening zorgen (al zullen we dat pas ten vroegste over enkele decennia kunnen inschatten).
En tenslotte een vierde voorbehoud: vooral in de slotparagrafen krijgt de lyricus in Pinker de bovenhand en waagt hij zich aan een geloofsverklaring in het rationalisme. Natuurlijk voert Pinker sterke argumenten aan om de daling van het geweld in de menselijke geschiedenis toe te schrijven aan het verder oprukken van het rationalisme. Maar net op dat moment laat hij zijn voorzichtige, genuanceerde stijl varen en wordt zijn taalgebruik bijna religieus (ten voordele van het rationalisme dan); ik vind het ook verdacht dat hij pas in de slotparagrafen (dus na 700 bladzijden) plots het woord “moderniteit” binnensmokkelt, een toch niet onproblematisch begrip.
Pinker heeft veel lof geoogst met dit boek, maar ook een enorme golf van kritiek, zowel over historische details, over de deugdelijkheid van zijn statistisch materiaal, als over zijn psychologisch-biologische benadering en zijn ode aan het rationalisme en het liberaal humanisme. De critici van dit boek hebben in enkele van die zaken zeker af en toe een punt. Maar als je de 700 bladzijden in zijn geheel bekijkt en ze grondig doorneemt, dan kan je Pinker bezwaarlijk beschuldigen van naïviteit of ongenuanceerdheid. Voortdurend waarschuwt hij voor overtrokken verwachtingen, niks is definitief, en een terugval is altijd mogelijk. Maar tegelijk laat zijn globale slotconclusie aan duidelijkheid niks te wensen over. “while this planet has gone cycling on according to the fixed law of gravity, (our) species has also found ways to bring the numbers down, and allow a greater and greater proportion of humanity to live in peace and die of natural causes. For all the tribulations in our lives, for all the troubles that remain in the world, the decline of violence is an accomplishment we can savor, and an impetus to cherish the forces of civilization and enlightenment that made it possible.” (p. 696).
Dit boek is een taaie brok, dat flink wat moeite kost om het goed te doorworstelen, en je moet het zeker niet met alles eens zijn, maar het lijkt me dat dit boek zijn plaats verdient bij de belangrijkste die begin 21ste eeuw gepubliceerd zijn!
… (meer)
½
 
Gemarkeerd
bookomaniac | 71 andere besprekingen | May 22, 2018 |
Prachtig,meeslepend en overtuigend verhaal. Dat is nog eens een nieuwe, en hoopvolle, manier om naar de wereld te kijken. Niks toenemend geweld: alleen toenemende aandacht voor steeds kleinere incidentjes. Met dank aan de in de loop van de eeuwen toenemende omvang van de staat, zowel geografisch alle in impact op zijn burgers, en het steeds effectievere geweldsmonopolie van de staat.
 
Gemarkeerd
titusmars | 71 andere besprekingen | May 3, 2017 |
De gerespecteerde Britse historicus Eric Hobshawn noemde de voorbije eeuw de gewelddadigste ooit, iets waar de controversiële politieke filosoof John Gray zich nadien volmondig bij aansloot. En dat is best te begrijpen natuurlijk, want Hitler, Stalin en Mao waren met hun drietjes goed voor zo’n honderd miljoen doden, en dan zwijgen we nog over hun kleinere evenknietjes als Pol Pot of Idi Amin. En toch zijn ze mis, aldus Steven Pinker in zijn nieuwste boek, de mens wordt steeds minder gewelddadig, en de twintigste eeuw was een paradijs van vredelievendheid in vergelijking met de eeuwen die eraan vooraf gingen.

Laat ons bijvoorbeeld een kijkje nemen in het Gentse Gravensteen, waar tientallen Middeleeuwse folterwerktuigen te kijk liggen die niet alleen gericht waren op het pijnigen van verdachten, maar ook blijk geven van een pervers soort plezier dat gepaard ging met dit pijnigen. Een man een trechter in de keel steken en hem volgieten tot zijn maag barst, leek toen een doodgewone straf, terwijl de wereld vandaag steigert bij het idee van waterboarding als ondervragingstechniek. Geweld was vroeger iets doodgewoons, leren we ook uit de klassieken. Homerus beschrijft in zijn Ilias hoe een overwonnen volk volledig uitgemoord werd, en het verkrachten van vrouwen was onder de Trojaanse soldaten net zo gewoon als het slijpen van hun zwaarden. En dan is er natuurlijk nog de Bijbel, met zijn Oude Testament waarin God boekenlang goedkeurend knikt bij het moorden, verkrachten en brandschatten uitgevoerd door zijn uitverkoren volk.

In The Better Angels of Our Nature, in het Nederlands uitgebracht als Ons betere ik betoogt psycholoog Steven Pinker iets wat we in feite al lang wisten, maar waar we om een of andere reden toch maar niet van overtuigd raakten: dat het vroeger echt niet beter was dan vandaag. Wie als jager-verzamelaar ter wereld kwam had vijftig procent kans om op een gewelddadige manier aan zijn eind te komen, terwijl dit vandaag in West-Europa nog slechts een fractie daarvan is. Tijdens de Middeleeuwen vonden er van de honderdduizend Belgen – wat een anachronisme! – bijvoorbeeld 47 een gewelddadige dood, terwijl dat getal vandaag teruggelopen is tot 2,1.

De voornaamste reden waarom we volgens Pinker toch denken dat we in extreem gewelddadige tijden leven is de mediatisering van onze samenleving, in combinatie met de explosieve bevolkingsgroei. Over de Tweede Wereldoorlog en de Holocaust verschijnen er wekelijks wereldwijd een paar containers boeken, terwijl die slachtpartij slechts op de negende plaats komt in het lijstje met meest bloederige confrontaties. Er vielen toen 55 miljoen doden, terwijl de dertiende-eeuwse veroveringen van de Mongolen 40 miljoen doden eisten. Wanneer we dat getal relateren aan de toenmalige wereldbevolking en dit extrapoleren naar de situatie midden twintigste eeuw, komen we op een equivalent van niet minder dan 278 miljoen slachtoffers, en zo bekeken kostte – volgens Pinker de meest gewelddadige gebeurtenis uit de geschiedenis – de An Lushan-rebellie in de achtste eeuw 429 miljoen hedendaagse mensenlevensequivalenten. Maar wie heeft daar recent nog een boek over gelezen? En zo gaat het ook op kleinere schaal natuurlijk. Door de overdreven aandacht die figuren als Marc Dutroux, Ronald Janssen en Kim De Gelder krijgen, kweken we een volstrekt verkeerd beeld van onze au fond bijzonder veilige samenleving.

Zoals Pinker al meer dan eens in een interview heeft gezegd was hij aanvankelijk een aanhanger van het anarchisme, tot hij in zijn geboortestad Montreal getuige was van rellen tussen de politie en een stel zelfverklaarde anarchisten en hij van het ene moment op het andere zijn intellectuele kar keerde. De menselijke natuur was niet goed, besefte hij opeens, en als je de centrale macht wegnam kreeg je echt geen Hof van Eden, maar wel een speeltuin van Beëlzebub. De mens is voor de andere mens een wolf, houdt hij sindsdien bij hoog en bij laag vol en dat is ook in zijn nieuwe boek te merken. Wanneer hij het heeft over de redenen waarom de mens steeds vredelievender is geworden, haalt hij er meteen Thomas Hobbes’ Leviathan bij. Deze filosoof stelde dat de samenleving nood heeft aan een sterk centraal gezag. Dat is immers de enige manier waarop de mens in het gareel gehouden kan worden, hij zijn medemens kan vertrouwen en er vervolgens ook welvaart kan ontstaan.

Het interessante is dat waar Hobbes zich in de eerste helft van de zeventiende eeuw louter op speculaties kon baseren, Pinker heel wat cijfer- en statistisch materiaal ter beschikking heeft. Bij de Waorani, een stam uit de Amazone, stierf gemiddeld zestig procent van de bevolking ten gevolge van de oorlog, terwijl dit in Europa tussen 1900 en 1960 slechts een paar procent was. Staatsvorming leidt dus tot een monopolie van het geweld en zo ook tot een vermindering ervan. Misschien nog wel belangrijker voor het verdwijnen van het geweld, maar veel langer geleden en daardoor ook minder zichtbaar, was de overgang van een maatschappij van jager-verzamelaars naar landbouwers. Mensen werden sedentair en het geweld daalde met een factor vijf. En ook het ontstaan van de handel had een positieve invloed. Een handelsrelatie is immers in se vriendschappelijk. Je wil de ander iets verkopen, of iets kopen wat je nodig hebt, en zo ga je langzamerhand inzien dat die ander in feite niet zoveel verschilt van jezelf.

Fundamenteel zegt Pinker dus dat de geschiedenis een civilisatieproces is, en dat brengt ons bij die andere held uit zijn universum: socioloog Norbert Elias. Deze Duitser poneerde reeds voor de Tweede Wereldoorlog dat het invoeren van een centraal gezag gepaard ging met de introductie van gedragsregels op het gebied van tafelmanieren, persoonlijke hygiëne, sociale omgang en taalgebruik. Deze etiquetteregels gericht op zelfbeheersing worden na verloop van tijd geïnternaliseerd en beginnen zo deel uit te maken van de persoonlijkheid van het individu, wat enerzijds natuurlijk aanleiding gegeven heeft tot het ontstaan van de burgerman, maar anderzijds ook onze gewelddadige uitspattingen danig aan banden heeft gelegd. Elias volgend toont Pinker op overtuigende wijze aan dat de terugval van 110 moorden per 100.000 inwoners per jaar die Londen in de dertiende eeuw kende tot 1 per 100.000 zeven eeuwen later het resultaat is van dit civilisatieproces.

Pinker is beroemd geworden met zijn boeken over psycholinguïstiek, zoals The Language Instinct en Words and Rules, waarin hij beweerde dat onze taalvaardigheid het resultaat is van de evolutie, een biologische aanpassing van onze hersenen ontstaan door natuurlijke selectie dus, en dat een mens dus niet als een tabula rasa geboren wordt, zoals de titel van een ander boek van hem, The Blank Slate doet vermoeden. In dit boek vermeldt hij niet alleen de neurologische aanwijzingen die er zijn om aan te nemen dat de menselijke geest niet als een onbeschreven blad ter wereld komt, hij gaat ook de politieke weg op. Zij die beweren dat we allemaal ter wereld komen met dezelfde capaciteiten, zijn ook nogal eens geneigd tegen sociale hulpprogramma’s te reageren. Wat zou je immers die man in de goot gaan helpen? In essentie had hij dezelfde capaciteiten als ons, dus waar hij ligt is zijn eigen verantwoordelijkheid.

In Ons betere ik kiest Pinker opnieuw voor wat we – een beetje generaliserend – het Europese sociale model zouden kunnen noemen, en niet voor het Amerikaanse. Wat bijvoorbeeld te denken van de moordstatistieken van steden als Detroit en New Orleans, die cijfers laten optekenen (jaarlijks 40 moorden per 100.000 inwoners) die Europa tijdens de Middeleeuwen behaalde. Hebben die steden het civilisatieproces gemist? Wel nee, zegt Pinker, het is nog veel erger, zij zijn nooit aan Hobbes’ Leviathan toegekomen. De bevolking van die steden bestaat voor het grootste deel immers uit zwarten die van generatie op generatie buiten de samenleving staan. Het idee van een centraal gezag is hen volstrekt vreemd.

Maar meer nog dan enig centraal gezag is het volgens Pinker de ontwikkeling van het humanisme, en dus breder gezien de rede die de mensheid opgestuwd heeft tot het niveau waarop ze zich qua moraliteit vandaag bevindt. We zijn empathischer geworden, houden onszelf beter onder controle, hebben van nature toch iets minder gewelddadige vrouwen een grotere rol gegeven in de maatschappij en zijn er met zijn allen een stuk kosmopolitischer op geworden. Er mogen dan nog oorlogen voorkomen, als individu zijn we alleszins een stuk vredelievender geworden. Denken we bijvoorbeeld aan de rechtenbewegingen die de voorbije eeuw zo veel invloed hebben gehad en waarvoor de interactie van publieke opinie en wetgeving zo belangrijk was. Rechten voor vrouwen en kinderen, voor homoseksuelen, de Amerikaanse burgerrechten uit de jaren vijftig en vandaag de dierenrechten, hebben heel wat klein, minder zichtbaar, maar daardoor niet minder pijnlijk geweld de wereld uitgebannen.

En dat het daarbij vlug kan gaan mag blijken uit de geschiedenis van ons eigenste Gaia. Bij zijn oprichting in 1992 werd deze organisatie door velen nog gezien als een stelletje gevaarlijke extremisten met zotte ideeën, terwijl twee decennia later het idee een trechter in de keel van een gans te steken om haar zo vol te proppen dat ze een buitenmaatse lever ontwikkelt ons meteen doet denken aan die arme man in het Gentse Gravensteen.
… (meer)
1 stem
Gemarkeerd
aitastaes | 71 andere besprekingen | Feb 12, 2017 |

Lijsten

Prijzen

Misschien vindt je deze ook leuk

Gerelateerde auteurs

Statistieken

Werken
38
Ook door
15
Leden
28,039
Populariteit
#722
Waardering
4.0
Besprekingen
389
ISBNs
330
Talen
17
Favoriet
97

Tabellen & Grafieken