Rachel Cusk
Auteur van Outline
Over de Auteur
Rachel Cusk was born on Feb 8, 1967 in Canada. She spent much of her childhood in Los Angeles and finished her education at St Mary's Convent, Cambridge. her education at St Mary's Convent, Cambridge. In 2003, Rachel Cusk was nominated by Granta magazine as one of 20 'Best of Young British toon meer Novelists'. That year she published The Lucky Ones (2003), her fourth novel, which was shortlisted for the Whitbread Novel Award. Since then she has published four more novels; her latest is Outline (2014). She has also written several non-fiction books. A Life's Work: On Becoming a Mother (2001) is a personal exploration of motherhood. The Last Supper: A Summer in Italy (2009) is a memoir about time in southern Italy. In 2015 she made the Baileys Women's Prize for Fiction shortlist with her title Outline. (Bowker Author Biography) toon minder
Fotografie: Courtesy of ReadingGroupGuides
Reeksen
Werken van Rachel Cusk
Cusk Rachel 1 exemplaar
Controfigura: l'artista e il suo doppio 1 exemplaar
La seconda casa 1 exemplaar
Gerelateerde werken
Granta 1 - Eu — Medewerker — 10 exemplaren
Tagged
Algemene kennis
- Gangbare naam
- Cusk, Rachel
- Geboortedatum
- 1967-02-08
- Geslacht
- female
- Nationaliteit
- Canada
- Geboorteplaats
- Saskatoon, Saskatchewan, Canada
- Woonplaatsen
- Los Angeles, California, USA
London, England, UK - Opleiding
- University of Oxford (New College)
St Mary's Convent, Cambridge, England, UK - Beroepen
- author
- Relaties
- Clarke, Adrian (ex-husband)
- Prijzen en onderscheidingen
- Granta Best of Young British Novelists (2003)
Leden
Discussies
2021 Booker Prize Longlist: Second Place by Rachel Cusk in Booker Prize (augustus 2021)
Besprekingen
Lijsten
Prijzen
Misschien vindt je deze ook leuk
Gerelateerde auteurs
Statistieken
- Werken
- 25
- Ook door
- 15
- Leden
- 6,704
- Populariteit
- #3,652
- Waardering
- 3.6
- Besprekingen
- 336
- ISBNs
- 355
- Talen
- 20
- Favoriet
- 12
Haar monoloog aan Jeffers gaat vooral over haar fascinatie voor de beeldende kunstenaar L., wiens werk een onverzettelijke, erg extraverte identiteit uitstraalt. Door haar mislukkingen, en vooral door de voortdurende kritiek op haar als persoon, is M. obsessief bezig met haar zelfbeeld, een zelfbeeld dat in alle opzichten uitermate negatief is, zeker als “verouderende vrouw” die niet meer door anderen gezien wordt. Het is van het werk van Ove Knausgard geleden dat ik nog zo’n onverbiddelijke zelfanalyses las.
Gelukkig voor het verhaal, blijft M. niet bij de pakken zitten. Ze nodigt in een overmoedige bui L. om in hun buitengebied te komen verblijven, in een vlakbij gelegen cottage (jawel, de tweede plaats). Ze hoopt duidelijk dat L. haar zal kunnen helpen bij de zoektocht naar haar eigen, nieuwe identiteit, waarbij ze enige ambiguïteit laat over een mogelijke amoureuze verhouding met L. Met wat vertraging arriveert de oudere kunstenaar, tot haar grote ontzetting in het gezelschap van een bloedmooi, rijk jong ding. Het verdere verloop ga ik hier niet verklappen.
De premisse van de cocktail die Cusk hier gebrouwen heeft, is zeker de moeite. De uitwerking laat wat mij betreft wel wat te wensen over. Er zitten een paar rare plottwisten in, en het voortdurende, bittere gemaal van M. over haar eigen gevoelens en het gebrek aan erkenning van anderen, doet het verhaal zelf geen goed. Komt daarbij dat ze voortdurend wijsheden rondstrooit over “het” leven, over de nadelige factor een oudere vrouw te zijn (weer een verwijzing naar de tweede plaats), en over de verhouding tussen kunst en realiteit. Daar zitten wel wat interessante dingen bij, maar veel ervan klinkt ook tamelijk hol.
Dat brengt ons bij de vragen: waar leidt dit allemaal toe? Wat wil Cusk tot uitdrukking brengen? Het is duidelijk dat ze een portret wilde schetsen van een vrouw in crisis, en daar is ze zeker in gelukt. Dit is duidelijk ook het verhaal van een mens (in dit geval dus vrouw) op zoek naar verlossing (de bijbelse connotatie van het huis aan het moeras als een soort van paradijs is zeker niet toevallig; er komen ook aardig wat verwijzingen naar slagen voor). Of ze die verlossing ook bereikt, doet eigenlijk niet ter zake. Het meest opvallende dat Cusk aanbrengt hoezeer we ons als mensen kunnen vergissen in onszelf, in anderen, en in onze verlangens en betrachtingen.
Is dit nu een geslaagde roman? Tja, daar valt over te discussiëren. Cusk heeft haar best gedaan om haar vertellende hoofdpersonage zo onsympathiek mogelijk te maken: haar egocentrische gezeur en gemekker, haar bijna kinderlijke zucht naar erkenning werken aardig op de zenuwen (bij mij althans). Niet dat een hoofdpersonage per sé sympathiek hoeft te zijn, absoluut niet. De monoloog van M. en haar impulsieve handelingen fascineren en intrigeren wel, maar ze stoten ook echt af. En dat brengt me bij een aspect dat ik in de vele reviews die ik over dit boek heb gelezen tot nog toe niet is opgevallen: namelijk dat Cusk hier eigenlijk haar eigen versie van een ‘gothic’ verhaal wil brengen. Ga maar na: de slepende, zwartgallige monoloog tot een (voor ons) onbekende derde over een merkwaardige episode uit het leven van de vertelster, de ontmoeting met een duivels figuur tijdens een treinreis vanuit Parijs, het afgelegen huis (en bijhuis) aan het moeras, de kunstenaar L. als een kwaadaardig, demonisch figuur, de nachtelijke observaties van het bijhuis waar L. verblijft, het voortdurend beklemtonen van mysterieuze elementen…. Het zijn allemaal ingrediënten van een klassiek ‘gothic’ verhaal. Als je het zo bekijkt, kan je dit boek zeker geslaagd noemen. Maar Cusk is Cusk, ze maakt het haar lezer niet gemakkelijk, en blijft haar eigenzinnige weg gaan. Intrigerend en fascinerend, maar ook een tikkeltje weerbarstig en zelfs afstotend.… (meer)