Op een badinerende toon legt de auteur uit hoe de evolutieleer zich in de loop van de negentiende eeuw ontwikkelde en vaste voet kreeg. Qua stijl kun je dit boek best vergelijken met de artikels die je vaak in de weekendbijlagen van kranten vindt, maar dan breder uitgesponnen tot een echt boek. De vorm is een interview met Redmond O’Hanlon, ook bij ons bekend sinds hij meewerkte aan de tv-reeks waarin de reis die Darwin maakte met de Beagle werd overgedaan. Het kader is de bibiotheek van de Artis-dierentuin in Amsterdam. De gesprekken die beide heren, af en toe aangevuld door andere deskundigen als Midas Dekkers, zijn licht verteerbare leeskost waar je toch nog heel wat van opsteekt. Ideale vakantieliteratuur dus voor wie in dit onderwerp is geïnteresseerd. ( )

Iedere Darwin liefhebber zou dit boek moeten lezen. Ook als je denkt dat je evolutieleer en Darwinisme snapt krijg je nieuwe inzichten door dit boek. O'Hanlon en Reeuwijk plaatsten het Darwinisme in de tijd, leggen verbanden tussen Darwin en andere wetenschappers. Dit doen ze bovendien op een aansprekende en aanstekelijke manier.
Een boek dat 'leest als een trein' leuk en leerzaam. ( )