Gina Davies, bijgenaamd 'de Pop', werkt als paaldanseres in een nachtclub. Ze ontmoet een knappe, donkere man. Ze gaan naar zijn huis en bedrijven de liefde. Als Gina de volgende ochtend wakker wordt is de man verdwenen. Ze besluit een kop koffie te drinken in het café tegenover zijn appartement en ziet dan hoe de politie, zwaarbewapend het appartementencomplex omsingelt. Later ziet ze videobeelden waarop zij en de man samen te zien zijn; de man wordt verdacht van terrorisme en ook zij wordt nu gezocht. De Pop zwerft door de stad; niet wetende waar naar toe. Ze heeft nog maar weinig geld op zak en op elke nieuwszender verschijnt het opsporingsbericht (haar naam is inmiddels bij de politie bekend). Gina zoekt hulp bij haar vriendin Wilder (ze wordt altijd bij haar achternaam genoemd) en bij een van haar privé-klanten. Maar hulp krijgt ze niet. Gina voelt zich steeds meer opgejaagd en komt tot een wanhoopsdaad.

Het verhaal speelt zich af van zaterdag t/m dinsdag, maar het leek veel langer te duren (komt misschien ook omdat ik er vrij lang over gedaan heb). De hoofdpersoon kwam totaal niet tot leven voor me. Dat ze steeds 'de Pop' werd genoemd zorgde ook al voor afstandelijkheid; ik zag steeds een soort getinte barbiepop voor me met lange benen.
Het verhaal is een aaneenschakeling van treurigheid. Ik vond het geen fijn boek. ( )

Kan er geen goed boek meer worden geschreven? Halverwege ben ik gestopt omdat het gezeur maar niet ophoudt. Zonde van de tijd.