StartGroepenDiscussieMeerTijdgeest
Doorzoek de site
Onze site gebruikt cookies om diensten te leveren, prestaties te verbeteren, voor analyse en (indien je niet ingelogd bent) voor advertenties. Door LibraryThing te gebruiken erken je dat je onze Servicevoorwaarden en Privacybeleid gelezen en begrepen hebt. Je gebruik van de site en diensten is onderhevig aan dit beleid en deze voorwaarden.

Resultaten uit Google Boeken

Klik op een omslag om naar Google Boeken te gaan.

Bezig met laden...

Gulliver's Travels (Penguin Classics)

door Jonathan Swift

LedenBesprekingenPopulariteitGemiddelde beoordelingDiscussies
3,887613,153 (3.54)Geen
Shipwrecked and cast adrift, Lemuel Gulliver wakes to find himself on Lilliput, an island inhabited by little people, whose height makes their quarrels over fashion and fame seem ridiculous. His subsequent encounters - with the crude giants of Brobdingnag, the philosophical Houyhnhnms and brutish Yahoos - give Gulliver new, bitter insights into human behaviour, Swift's savage satire views mankind in a distorted hall of mirrors as a diminished, magnified and finally bestial species, presenting us with an uncompromising reflection of ourselves. This text, based on the first edition of 1726, reproduces all its original illustrations and includes an introduction by Robert Demaria, Jr., which discusses the ways Gulliver's Travelshas been interpreted since its first publication.… (meer)
Bezig met laden...

Meld je aan bij LibraryThing om erachter te komen of je dit boek goed zult vinden.

Op dit moment geen Discussie gesprekken over dit boek.

Engels (59)  Nederlands (2)  Alle talen (61)
Toon 2 van 2
Voor het eerst dit boek in de oorspronkelijke versie gelezen, niet vertaald of bewerkt zoals vroeger, en ik vond het fantastisch. Ongelooflijk grappig, kritisch, steeds scherper, dan echte satire en uiteindelijk zo consequent giftig en misantropisch dat je niet meer weet of je moet lachen of huilen.

Het begint al met een aantal opzettelijk zeer verwarrende parateksten die voorafgaan aan de tekst: het boek is volgens de titelpagina uit 1726 geschreven door Lemuel Gulliver en gedrukt voor Benj. Motte. Daarop volgt een anoniem Advertisement, waarin de uitgever zegt dat hij na de hier volgende brief van captain Sympson aan Gulliver niet veel woorden meer nodig heeft om uit te leggen dat de wijzigingen in de tekst waarover de captain klaagde aangebracht waren door een inmiddels overleden persoon van dubieus oordeelsvermogen. Maar er was ook een origineel in het bezit van een heer in Londen, intieme vriend van de auteur die manuscripten heeft vergeleken en correcties aan de publisher gezonden, die in deze editie verwerkt zijn. Dan volgt een brief, niet van Sympson aan Gulliver, maar omgekeerd. Daarin beklaagt Gulliver zich ten eerste over de druk die Sympson en anderen op hem hebben uitgeoefend om dit manuscript te publiceren, geheel tegen zijn zin. En daarnaast over de wijzigingen die Sympson daarin geheel op eigen houtje heeft aangebracht. Gulliver sluit aan bij het eind van zijn boek met tirades tegen de Yahoos ('mensen', zie onder): aangezien die onverbeterlijk zijn, had het publiceren van zijn boek geen zin; tegelijkertijd klaagt hij, inconsequent, dat na 6-7 maanden nog steeds de hele maatschappij niet fundamenteel veranderd is door zijn boek en zet hij zijn aanval op de mensheid voort. Tenslotte volgt een mededeling van uitgever, Richard Sympson (!) aan de lezer. Daar legt hij uit dat de auteur hem het boek in handen gaf om ermee te doen wat hij wilde. Na een lofzang op de waarheidsliefde van de auteur beweert hij dat hij op advies van verschillende personen en met instemming van de auteur het boek nu publiceert, nadat hij het tot ongeveer de helft heeft teruggebracht door allerlei omslachtige en/of foutieve informatie over de zeevaart te schrappen, waarover de heer Gulliver misschien wat ontevreden is.

Een zekere Jonathan Swift heeft blijkbaar part noch deel aan deze inleidende stukken...

Na dit langdradige maar noodzakelijke begin nu het boek zelf:
De verteller, eerst scheepsarts later kapitein, komt viermaal in een uiterst vreemd en ver land terecht, in zijn eentje, allereerst bij de piepkleine lilliputters (woord dat wij aan Swift danken). Al hebben zij hem met koorden overal vastgebonden en staan er duizenden boogschutters klaar, hij zou ze kunnen overwinnen, maar doet het niet. Hij geeft hun zijn erewoord dat hij hun land niet zal schaden. Hier, zoals ook overal elders, is men hem in alle opzichten ter wille met huisvesting, kleding en ontvangsten aan het hof. De hofcultuur die Gulliver beschrijft is een duidelijke satire op Engeland, waar bijvoorbeeld bepaalde acrobatische vaardigheden over ministersposten beslissen. Hier vindt ook een gebeurtenis plaats die in alle bewerkingen is weggelaten: wanneer brand uitbreekt in de vertrekken van de keizerin, blust Gulliver deze door copieus te urineren. Later blijkt zij hem dat zeer kwalijk te nemen. Er blijkt een ander eiland niet ver van Lilliput te liggen met precies dezelfde bewoners en cultuur; de twee zijn in permanente staat van oorlog met elkaar (Engeland en Frankrijk). De belangrijkste casus belli is het ook in Lilliput omstreden vraagstuk of men eieren aan de stompe of de spitse kant kapot moet tikken. Gulliver doorwaadt de zeestraat die de twee scheidt en trekt de hele vloot van Blefuscu naar Lilliput. Daarvoor krijgt hij de hoogste onderscheiding uit het land, maar wanneer hij weigert Blefuscu definitief ten val te brengen, veroordeelt de keizer met het altijd al vijandige deel van het hof hem tot blindmaking, waarop Gulliver vlucht naar Blefuscu, en vandaar later een schip naar Engeland vindt.

Zijn tweede reis brengt hem naar Brobdingnag, land van reuzen, waar alles 12 maal zo groot is als hier, zoals in lilliput alles 12 maal zo klein was. Ook hagelstenen, vogels, huisdieren en alle voorwerpen zijn er dus reusachtig. Er worden anekdotes verteld zoals over gedwongen rondzwemmen in een schaal met room op tafel en meegeroofd worden door een tamme aap naar het dak van het paleis. In dit land wordt hij gekoesterd als een soort kermisattractie en komt opnieuw aan het hof van de, zeer wijze, koning terecht. Zijn dierbare begeleidster is een zevenjarig boerenmeisje. Nu wordt de satire feller en ook misantropischer. De koning wil alles weten over Engeland, het politieke en sociale systeem aldaar en over oorlog voeren. Gulliver geeft hoog op van de beschaving en ontwikkeling, van het geweldige politieke systeem van Engeland. Ook legt hij uit hoe zulke zwakke wezens als de mens met kanonnen en buskruit oorlog kunnen voeren. De koning concludeert uit deze (pseudo-)naïeve lofzang dat Europeanen/Engelsen het meest lage, smerige, giftige ongedierte zijn dat op aarde rondloopt. Waarop de verteller het nog erger maakt door ons te zeggen dat hij het wel een beetje mooier gemaakt had dan de werkelijkheid. Maar het is onbegrijpelijk dat zo’n verlicht en intelligent mens als de koning deze conclusie trekt... Uiteindelijk wordt Gulliver als zijn chaperonne een keer niet oplet met huisje en al (een grote kist) meegenomen door een grote vogel die hem in zee laat vallen, waar hij na een tijdje door een schip wordt gevonden.

Op de derde reis komt hij terecht in Laputa, een zwevend eiland, dat door een grote magnetische steen in de lucht wordt gehouden. Hij wordt opgehesen en verblijft daar een tijd. Lilliputters konden soms vervelend zijn, de reuzen waren allemaal goed, maar in Laputa en ook het vasteland eronder dat erbij hoort zijn, Balnibarbi, de mensen eigenlijk afschuwelijk. De inwoners van het eiland verkeren uitsluitend in geestelijke hoger sferen, houden zich alleen bezig met muziek, astronomie en wiskunde, en moeten door ondergeschikten met een aan een stok bevestigde blaas aangetikt worden zodat zij merken dat ze deel moeten nemen aan een gesprek. Iedereen die de vorst bezoekt moet met zijn tong de vloer likken tot aan de troon, waarbij voor sommigen extra stof wordt neergegooid. Het vasteland beneden wordt onder de duim gehouden door het desgewenst permanent n de schaduw te zetten en te bombarderen met stenen, waartegen zij (Ierland vs. Engeland) het eiland met magneten omlaag trachten te krijgen en te doorboren. Het ontbreekt de inwoners aan elke praktische zin, de huizen zijn scheef, hun kleren zitten slecht. Dat geldt precies zo voor Balnibarbi, waar Gulliver daarna heengaat. De enige persoon met een prachtig landhuis en goed georganiseerde akkers eromheen legt hem uit hoe dat komt: zo’n 40 jaar geleden kwam een klein groepje mensen dat op bezoek geweest was in lLaputa terug en legde zijn krankzinnige ideeën aan iedereen op via een nieuw gestichte “Academy of Projectors" (satire op de Academies van Londen, Dublin en Leiden). Daar wordt geprobeerd uit komkommers zonlicht terug te winnen, uit uitwerpselen voedsel, via gekleurde vliegen spinnen gekleurde webben te laten spinnen, huizen van boven af te bouwen en meer dergelijke vernieuwingen. Daarna bezoekt Gulliver het tovenaarseiland Glubdubdrib, waar hij de geesten van beroemde doden uit de klassieke oudheid laat oproepen en met ze spreekt. Conclusies: wat er over hen verteld wordt is grotendeels onwaar en de mensheid is sindsdien alleen maar achteruitgegaan. Tenslotte ontmoet hij de Struldbruggs, zeldzame mensen die onsterfelijk zijn. Zijn enthousiasme hierover slaat om wanneer hij merkt dat ze weliswaar onsterfelijk zijn, maar niet immuun voor ouderdom (Tithonus!) en beklagenswaardige, invalide, seniele personen zijn die het liefst van alles zouden willen kunnen sterven.

Op zijn vierde reis komt hij tenslotte bij de Houyhnhnms. In dit land wordt hij allereerst geconfronteerd met weerzinwekkende wezens die op vier en twee poten kunnen lopen, agressief, stinkend, met klauwen en een vacht, een breed gezicht, alleen in staat onbegrijpelijke klanken uit te stoten die wel aan mensen doen denken. Daarna ziet hij twee prachtige paarden, die wel lijken te communiceren in een soort van taal, voor wie de menswezens bang zijn. Gaandeweg blijkt dat in dit land de paarden de meesters zijn, met een eigen taal en maatschappij die volledig gebaseerd is op de Rede en op waarheid (wat ook betekent zonder veel emotie); in hun taal bestaat geen woord voor “leugen”, dat heet “het ding dat niet bestaat”. Maar evenzeer blijkt dat hij beschouwd wordt als een soort Yahoo, dat zijn de afschuwelijke wezens die als lastdier gebruikt worden en diep veracht. En terecht, want als hij zijn kleren uittrekt en zijn schoenen, die veel opzien baarden bij de Houyhnhnms, is duidelijk dat hij weliswaar minder behaard is, veel zwakker, en alleen op zijn achterpoten kan lopen, maar verder tot hetzelfde ras behoort, met als uitzondering dat hij iets meer verstand heeft, wat vooral blijkt doordat hij in staat is de taal van de Houyhnhnms te leren (in heel het boek prijst Gulliver zichzelf, terecht, om zijn aanleg voor talen, want hij weet zich in elk land de, door Swift steeds inventief bedachte, zeer verschillende talen snel eigen te maken). In de drie jaar die Gulliver blijft bij zijn “meester”, het paard dat hij als eerste ontmoette, raakt hij steeds meer onder de indruk van de Houyhnhnms en moet hij steeds meer walgen van de Yahoos, met wie hij zichzelf wel moet identificeren. In dit deel wordt de satire een uiterst giftige en welsprekende aanval op het mensdom als geheel, zowel uit de mond van Gulliver zelf als uit de mond van zijn meester. Ofschoon hij nooit meer weg wil bij de Houyhnhnms wordt hij daartoe gedwongen omdat de meerderheid het afkeurt dat zijn meester een weerzinwekkende Yahoo bijna in zijn huishouden heeft opgenomen. Typerend voor hun kille rationalisme is dat zij ook niet willen dat hij zich bij een kudde Yahoos voegt, niet uit mededogen, maar omdat zij vrezen dat hij met zijn sprankje redelijkheid de Yahoos zou kunnen aanzetten tot verzet. Op zijn terugreis, en ook wanneer hij weer thuis is bij zijn vrouw en kinderen, kan Gulliver zijn afkeer van Yahoos, dus alle mensen, ook zijn familie, niet bedwingen en wil jarenlang met helemaal niemand contact hebben; uiteindelijk mag zijn vrouw soms in een hoekje van dezelfde kamer korte tijd doorbrengen.

Een prachtig boek: inventief, heel geestig, goed en vlot geschreven en een soms grappige, vaak vinnige en soms ook giftige maar altijd behartenswaardige satire. ( )
  Harm-Jan | Aug 13, 2023 |
"De reizen van Gulliver" heb ik al 2 keer eerder in het Engels gelezen, voor het eerst op de Middelbare school. Lemuel Gulliver beschrijft hierin 4 reizen die hij gemaakt heeft die hem in contact hebben gebracht met vreemde volkeren. Tijdens zijn eerste reis lijdt Gulliver schipbreuk en zwemt naar land. Daar aangekomen loopt hij een stuk landinwaarts en vlat in slaap. Als hij wakker wordt merkt hij dat hij is vastgebonden door dunne koorden. Hij is terechtgekomen in het land van de Lilliputters een volk van kleine mensen, een twaalfde van de hoogte, breedte en dikte van Gulliver. Hij beleeft daar allerlei avonturen waarbij in het voorbijgaan de spot wordt gedreven met de Engelse maatschappij uit die tijd.
Op zijn tweede reis komt Gulliver in Brobdingnag, het land van de reuzen, die nu precies 12 keer zo groot zijn als Gulliver. Hij wordt gehouden als een soort speeltje voor de koning, maar nadat hij een uitgebreide uiteenzetting heeft gehouden over hoe men in zijn geliefde Engeland oorlog voert komt de koning tot de volgende conclusie: ""Wat jezelf betreft, die het grootste deel van je leven hebt gereisd, ben ik zeer geneigd te hopen dat je je tot nu toe aan een groot aantal van de zonden van je land hebt weten te onttrekken. Maar te oordelen naar wat ik uit je eigen verhaal heb begrepen en de antwoorden die ik je met veel moeite heb ontwrongen en ontfutseld, kan ik slechts concluderen dat de overgrote meerderheid van je landgenoten het schadelijkste ras van klein weerzinwekkend ongedierte is dat ooit van de Natuur op het oppervlak van de aarde heeft mogen rondkruipen."
Tijdens zijn derde reis komt Gulliver in het land Laputa, het vliegend eiland. In het eiland bevindt zich een grote magnetische steen waardoor het eiland in de lucht blijft als het zich beweegt boven het onderliggende vasteland. Door de steen te kantelen kan de hoogte en de richting waarin het eiland zich beweegt worden vastgesteld. Op het eiland houden de mensen zich bezig met allerlei vormen van wetenschap, bijvoorbeeld hoe men uit komkommers zonlicht kan destilleren of hoe men uit menselijke uitwerpselen de oorspronkelijke voedingsmiddelen weer kan maken. Voor het maken van een eenvoudig kledingstuk voor Gulliver wordt een kwadrant, passer en kompas gebruikt, zodat het gemaakte kledingstuk nogal vormeloos is. Later tijdens zijn reis komt Gulliver de Struldbruggs tegen, mensen die niet dood gaan. Hij benijdt ze in eerste instantie, maar komt er later achter dat ze in plaats daarvan nogal beklagenswaardig zijn.
Tijdens zijn vierde reis komt Gulliver terecht in het land van de Houyhnhnms, de paarden die een soort van ideale maatschappij hebben. Ook komen hier de Yahoos voor, mensen die als dieren leven en met afschuw bekeken worden door de Houyhnhnms. In de jaren dat Gulliver hier woont is hij volmaakt gelukkig en hij is zeer verdrietig als hij uit dit land weg moet, terug naar huis.
Het verhaal eindigt ermee dat Gulliver terug in Engeland is bij zijn vrouw en kinderen, die hij weerzinwekkend vindt en dat hij 2 edele paarden aanschaft met wie hij het grootste deel van zijn tijd praat, hoewel ze veel minder ontwikkeld zijn dan zijn geliefde Houyhnhnms.
"De reizen van Gulliver" is een zeer onderhoudende roman, die je zowel als satire, als ideeënroman of als fantasie kunt lezen. Er is nogal wat kritiek op de destijdse samenleving in verwerkt, maar altijd op een zodanige manier dat het een genot is om te lezen. Ook wordt de spot gedreven met de wetenschap. De vertaling van Paul Syrier is zeer prettig leesbaar. Warm aanbevolen voor wie eens iets anders wil lezen! ( )
1 stem erikscheffers | Jul 15, 2014 |
Toon 2 van 2
geen besprekingen | voeg een bespreking toe
Je moet ingelogd zijn om Algemene Kennis te mogen bewerken.
Voor meer hulp zie de helppagina Algemene Kennis .
Gangbare titel
Oorspronkelijke titel
Alternatieve titels
Oorspronkelijk jaar van uitgave
Mensen/Personages
Belangrijke plaatsen
Belangrijke gebeurtenissen
Verwante films
Motto
Opdracht
Eerste woorden
Citaten
Laatste woorden
Ontwarringsbericht
Uitgevers redacteuren
Auteur van flaptekst/aanprijzing
Oorspronkelijke taal
Gangbare DDC/MDS
Canonieke LCC

Verwijzingen naar dit werk in externe bronnen.

Wikipedia in het Engels

Geen

Shipwrecked and cast adrift, Lemuel Gulliver wakes to find himself on Lilliput, an island inhabited by little people, whose height makes their quarrels over fashion and fame seem ridiculous. His subsequent encounters - with the crude giants of Brobdingnag, the philosophical Houyhnhnms and brutish Yahoos - give Gulliver new, bitter insights into human behaviour, Swift's savage satire views mankind in a distorted hall of mirrors as a diminished, magnified and finally bestial species, presenting us with an uncompromising reflection of ourselves. This text, based on the first edition of 1726, reproduces all its original illustrations and includes an introduction by Robert Demaria, Jr., which discusses the ways Gulliver's Travelshas been interpreted since its first publication.

Geen bibliotheekbeschrijvingen gevonden.

Boekbeschrijving
Haiku samenvatting

Actuele discussies

Geen

Populaire omslagen

Snelkoppelingen

Waardering

Gemiddelde: (3.54)
0.5
1 33
1.5 5
2 142
2.5 12
3 454
3.5 29
4 446
4.5 18
5 236

Ben jij dit?

Word een LibraryThing Auteur.

 

Over | Contact | LibraryThing.com | Privacy/Voorwaarden | Help/Veelgestelde vragen | Blog | Winkel | APIs | TinyCat | Nagelaten Bibliotheken | Vroege Recensenten | Algemene kennis | 204,458,822 boeken! | Bovenbalk: Altijd zichtbaar