Dit is het tweede deel van een serie van vier en omdat ik zo genoten had van het eerste deel had ik me hier al wel wat op voorverheugd. Helaas kon het mijn hooggespannen verwachtingen niet waar maken.

Het is een leuk en aardig puberboek en gaat door met de hoofdpersonen die we al zo goed kenden uit het eerste boek, maar het mist de onverwachtsheid en de nonchelante gruwelijkheid van het eerste boek. Het verhaal heeft een spannende rode draad, en er worden wat spannende nieuwe elementen toegevoegd, maar tijdens het lezen blijf je het gevoel hebben dat het iets teveel suddert zonder dat je precies kan aangeven waarom; het verhaal ontwikkelt zich namelijk vrij rap en er gebeurt best veel. Volgens mij is er niet genoeg onderscheid gemaakt tussen de belangrijkste rode draad en de zijverhaaltjes en plotwendingen, waardoor alles evenveel aandacht kreeg.

Dat maakt het trouwens geen slecht boek, het blijft lekker leesbaar, maar het is een tikje minder dan het eerste boek.

Tom en Hester hebben het luchtschip van Anna Fang meegenomen eind vorig boek, en verdienen daar nu een redelijke boterham mee. Dan komen ze onverwachts in Anchorage terecht en blijken daar goed werk te kunnen doen - en minder goed werk. Natuurlijk dreigt er van alle kanten gevaar voor lijf, leden en in dit boek ook bezittingen, maar daar ontstaan ook weer nieuwe kansen door. Aan het eind van het boek hebben de overlevenden een mooie uitgangspositie voor vruchtbare groei - maar aan de horizon zien we de dreiging van een nieuwe gewelddadige anti-stadsbeweging met een bijzonder medoogenloos hoofd. ( )