Ruler Marsher, de rijkste man ter wereld brengt in zijn eentje een wereldomvattende financiële crisis teweeg als wraak voor wat zijn ouders tijdens de crash van de jaren 30 is aangedaan. Hij doet dit na vernomen te hebben dat hij ongeneeslijk ziek is. Het resultaat stemt hem tevreden, totdat hij geroepen wordt door een stem die hem beveelt te vertrekken. Hij keert via het Brusselse Hilton hotel samen met prostituee en filosofiestudente Kaat terug naar de geboortegrond van zijn familie, het Kempense Wallem, waar hij ziet, dat zijn beslissingen ook deze mensen zullen treffen.
De titel verwijst naar de coöperatieve kolonie die Frederik van Eeden in de 19e eeuw had gesticht. Nadat Walden mislukt was, is er een Van Eeden Colony in Amerika gesticht, Ruler had in de jaren 30 de kans er naar toe te gaan, maar heeft dat niet gedaan.
“De eerste grote Vlaamse roman over de crisis” volgens de krant De Standaard. Er wordt rake kritiek geleverd op de financiële wereld en de maatschappij. Twee bewakers van Guantanamo, Steve Fossett en vele andere personen, waarvan sommige niet relevant zijn, worden opgevoerd, Een actueel en spannend boek. ( )