![](https://image.librarything.com/pics/fugue21/magnifier-left.png)
![](https://images-na.ssl-images-amazon.com/images/P/9029540443.01._SX180_SCLZZZZZZZ_.jpg)
Klik op een omslag om naar Google Boeken te gaan.
Bezig met laden... Dat was Watou dagboek van de Poëziezomers 1980-2008door Mandelinck Gwy
Geen trefwoorden Geen Bezig met laden...
![]() Meld je aan bij LibraryThing om erachter te komen of je dit boek goed zult vinden. Op dit moment geen Discussie gesprekken over dit boek. geen besprekingen | voeg een bespreking toe
In 1980 organiseerde dichter Gwy Mandelinck in Watou, bucolisch verscholen in de plooien van het West-Vlaamse heuvelland, voor het eerst een zomers evenement rond poëzie en beeldende kunst waarbij het dorp een ware metamorfose onderging. Het festijn keerde jaarlijks terug en groeide onder de naam Poëziezomers uit tot een van de belangrijkste literair-culturele evenementen in de Lage Landen. Aan de hand van zijn dagboeknotities (geschreven tussen 1983 en 2014) roept Mandelinck, die met zijn echtgenote Agnes Hondekyn tot 2008 de artistieke leiding in handen had, de sfeer op van de coulissen en de ontmoetingen met talrijke kunstenaars en dichters: dat was Watou. Geen bibliotheekbeschrijvingen gevonden. |
Actuele discussiesGeen
![]() GenresGeen genres WaarderingGemiddelde:![]()
Ben jij dit?Word een LibraryThing Auteur. |
Een kijkje achter de schermen van de Poëziezomers (nu het Kunstenfestival) is voor een fan als ik een waar feest. Ironisch genoeg verschijnt dit boek net nu het Kunstenfestival een onzekere toekomst tegemoet gaat na het aftreden van intendant Jan Moeyaert. Zo blijkt maar weer dat er veel verandert maar dat ook alles altijd hetzelfde blijft. (Ook Gyw en zijn vrouw Agnes hadden problemen met de subsidiëring en financiering.)
Gyw, leraar Nederlands, bibliothecaris en dichter begint in 1980, samen met zijn vrouw Agnes aan een avontuur te Watou dat zal uitgroeien tot het wereldwijd bekende zomerfestival dat poëzie en beeldende kunst prachtig samenbrengt. In het begin stuiten ze nog op hevige tegenkanting van de dorpsbewoners, heden ten dage leeft de helft van Watou ’s zomers van het festival, denk ik. Iedereen heef het omarmd.
Mijn man en ik gingen voor het eerst in 1998 en hebben sindsdien geen editie overgeslagen. Ik smul dan ook van alle dagboek-details van achter de schermen. Dat was Watou geeft ook een volledig beeld: van de pracht die wij als bezoeker zien tot de rompslomp die daar een heel jaar aan voorafgaat. Je kijkt als het ware in de backstage naar de artiesten. Er zijn de problemen die overal kunnen opduiken: ivm kunstenaars en kunstwerken maar er zijn ook aan Watou verbonden problemen: zoals de wisselende locaties. Dat maakt het moeilijker om te organiseren maar voor bezoekers maakt net dat het bezoek nog specialer. Watou is een schatkist vol ongekende juwelen die je opent. Je weet niet wat te verwachten qua werken, locaties, samenspel tussen woord en beeld. Het kan ook zo maar zijn dat er plots een geitje voor je ogen geboren wordt (jaren geleden op, ik denk, de Douviehoeve).
Ik vind het immens knap dat Gwy ons 28 jaar lang zo ontroerd en geraakt heeft, daarnaast nog zelf poëzie schreef én ons als kers op de taart 11 jaar later dit dagboek schenkt. Naast dagboeknotities bevat dit boek ook nog bijdragen van onder andere: Anton Korteweg, Paul Demets, Piet Piryns,…
Zonder Gwy had ik zo veel gemist, had ik een gat in mijn cultuur, was ik niet wie ik nu was. Echt. Dat cultuurbad elke zomer geeft (gaf) me vleugels om zelf te creëren. Om te groeien in wat ik maak en wie ik ben.
Ik hoop dat de titel (Dat was Watou) niet profetisch blijkt te zijn. In afwachting van (hopelijk) een nieuwe Watou-zomer duik ik nog wat in dieper in de zetel met dit fascinerende dagboek. (