Klik op een omslag om naar Google Boeken te gaan.
Bezig met laden... Dode zielen (1842)door Nikolai Gogol
» 41 meer Favourite Books (244) Favorite Long Books (103) Five star books (211) Summer Reads 2014 (150) Unread books (340) Picaresque Novels (13) A Reading List (96) Read These Too (155) SHOULD Read Books! (211) Tagged 19th Century (43) My TBR (117) 1,001 BYMRBYD Concensus (716) All Things Russia (190) I Can't Finish This Book (153) Bezig met laden...
Meld je aan bij LibraryThing om erachter te komen of je dit boek goed zult vinden.
De dode zielen of de lotgevallen van Tchitchikow nemen – in zekere zin – in de Russische literatuur een gelijke plaats in als de Don Qijote in de Spaanse. Evenals Cervantes is Gogol een rasverteller; beiden beschikken over een superieure humor, die voor geen enkel uiterste van dwaasheid en verdwazing terugschrikt. Zowel Gogol als Cervantes stellen zich niet tevreden met een rustig genieten van hun begaafdheid, zij willen een maatschappij schilderen, en haar een spiegel voorhouden waarin zij met schrik zichzelf herkent. Deze opzet is zo verwezen met hun werk, dat zij nergens uitdrukkelijk vernoemd behoeft te worden. De Tchitchikow van dit verhaal is niet beter of slechter dan een ander. Hij houdt er niet van om met werken zijn geld te verdienen, als hij het op een andere wijze vinden kan. Wie zal het hem kwalijk nemen? Toch zeker niet de zwetsende ambtenaren, met hun domme schepsels van vrouwen; en evenmin de gierige, stompzinnige landbezitters, als varkens wroetend in hun ongeriefelijke, smerige huizen. Laat ze een prooi worden van de sluwe plannetjes van een bedrieger, ze verdienen immers niet beter? Het is een modderige wereld waarin Tchitchikow rondrijdt in zijn troïka, en toch – dit is Gogols unieke gave – is er geen somberheid en geen haat. Er is maar een schampje zonlicht nodig over deze algemene kleinzieligheid, en de wereld is weer mooi en jong. De dode zielen is een machtig boek, niet omdat het kwaad dat erin beschreven staat zo indrukwekkend is – integendeel; maar omdat de schrijver bij alle eentonige kleinheid die hij beschrijft het geloof in de mens niet verliest. Gogol's Dode zielen is tegelijk een van de meest geslaagde én betreurenswaardige romans uit de wereldliteratuur. Meest geslaagd omdat de roman door zijn held, gentleman-oplichter Tsjitsjikov, eenzelfde onvergetelijke status verworven heeft als Don Quichot, Anna Karenina en Madame Bovary. Meest betreurenswaardig omdat Gogol zijn onweersproken meesterwerk niet alleen niet voltooide maar bovendien voor een groot deel aan het vuur prijsgaf. Gogol (1809-1852) maakt kunstig gebruik van het gegeven dat er in het tsaristische Rusland maar eenmaal per drie jaar een telling en opgave van lijfeigenen voor de belasting was. Tsjitsjikov beseft dat de namen van de in de tussentijd overleden lijfeigenen geld waard zijn en dat hij daar dus een hypotheek op kan nemen, als hij ze te pakken krijgt. Roofkapitalisme en hypotheekzwendel avant la lettre dus: een geniale satire op de kleinheid van het mensdom. Wie anders dan Gogol zou hebben kunnen bedenken dat een landeigenaar de prijs van zijn dode timmerman opdrijft omdat die zijn vak zo goed verstond? De dode zielen of de lotgevallen van Tchitchikow nemen in zekere zin in de Russische literatuur een gelijke plaats in als de Don Qijote in de Spaanse. Evenals Cervantes is Gogol een rasverteller; beiden beschikken over een superieure humor, die voor geen enkel uiterste van dwaasheid en verdwazing terugschrikt. Zowel Gogol als Cervantes stellen zich niet tevreden met een rustig genieten van hun begaafdheid, zij willen een maatschappij schilderen, en haar een spiegel voorhouden waarin zij met schrik zichzelf herkent. Deze opzet is zo verwezen met hun werk, dat zij nergens uitdrukkelijk vernoemd behoeft te worden. De Tchitchikow van dit verhaal is niet beter of slechter dan een ander. Hij houdt er niet van om met werken zijn geld te verdienen, als hij het op een andere wijze vinden kan. Wie zal het hem kwalijk nemen? Toch zeker niet de zwetsende ambtenaren, met hun domme schepsels van vrouwen; en evenmin de gierige, stompzinnige landbezitters, als varkens wroetend in hun ongeriefelijke, smerige huizen. Laat ze een prooi worden van de sluwe plannetjes van een bedrieger, ze verdienen immers niet beter? Het is een modderige wereld waarin Tchitchikow rondrijdt in zijn troïka, en toch dit is Gogols unieke gave is er geen somberheid en geen haat. Er is maar een schampje zonlicht nodig over deze algemene kleinzieligheid, en de wereld is weer mooi en jong. De dode zielen is een machtig boek, niet omdat het kwaad dat erin beschreven staat zo indrukwekkend is integendeel; maar omdat de schrijver bij alle eentonige kleinheid die hij beschrijft het geloof in de mens niet verliest. Vertaling: het komt mij merkwaardig voor de uitdrukking "een uitgewoond gezicht" tegen te komen in een boek uit begin 19e eeuw. Ik bleef er even aan haken. Nog een mooie op blz. 164: "Wat hun voorkomen aangaat is al vermeld dat het allemaal degelijke lieden waren, er zat geen teringlijder tussen." Letterlijk de zin lezende wordt bedoeld iemand met het uiterlijk van een teringlijder. Maar uit het verhaalverband denk ik dat de vertaler "hufter, ellendeling" bedoelt. In het eerste geval zou je in een moderne vertaling een ander woord kiezen, omdat het aanzien van teringpatiënten ons niet meer bekend is, in het tweede geval zou je eerder een platte spelling als "teringlijer" gebruiken om te voorkomen dat je als lezer denkt dat er letterlijk aan de ziekte wordt gerefereerd. Blz 166: "Om de Russische taal een nog nobeler aanzien te geven..." zou dat van de schrijver zijn of van de vertaler? Mooi is 't niet! Blz 176: "...een slordig geschilderd veld op een schilderij. En uit dit mistige, lukraak neergekalkte veld traden..." Neerkalken is geen goed woord voor slordig schilderen. Kan mij voorstellen dat hier de vertaler het mis heeft. Maar het hele boek genomen is het flauw deze opmerkingen te maken. Het is een buitengewoon mooie frisse vertaling, al kan ik geen vergelijk maken natuurlijk met de oorspronkelijke taal. Maar het is alsof een oud schilderij van een beroemde meester is ontdaan van zijn vergeelde laklaag, de oorspronkelijke kleuren zijn opnieuw zichtbaar geworden. Erg mooi. Overigens zijn de brieven van Gogol die in het boek zijn opgenomen een waardevolle toevoeging. Onderdeel van de uitgeversreeks(en)Colecção História da Literatura (Livro 93) Crisol (8) — 28 meer dtv (12607) Everyman's Library (726) Gallimard, Folio (425) Medallion Penguin Classics (L113) Modern Library (40) Oriento-Okcidento (32) Penguin Classics (L113) Perpetua reeks (46) Is opgenomen inHeeft de bewerkingIs verkort in
Classic Literature.
Fiction.
HTML: Dead Souls is a socially critical black comedy. Set in Russia before the emancipation of serfs in 1861, the "dead souls" are dead serfs still being counted by landowners as property, as well as referring to the landowners' morality. Through surreal and often dark comedy, Gogol criticizes Russian society after the Napoleonic Wars. He intended to also offer solutions to the problems he satirized, but died before he ever completed the second part of what was intended to be a trilogy. The work famously ends mid-sentence. .Geen bibliotheekbeschrijvingen gevonden. |
Actuele discussiesGeenPopulaire omslagen
Google Books — Bezig met laden... GenresDewey Decimale Classificatie (DDC)891.733Literature Literature of other languages Literature of east Indo-European and Celtic languages Russian and East Slavic languages Russian fiction 1800–1917LC-classificatieWaarderingGemiddelde:
Ben jij dit?Word een LibraryThing Auteur. Penguin AustraliaEen editie van dit boek werd gepubliceerd door Penguin Australia. NYRB Classics2 edities van dit boek werden gepubliceerd door NYRB Classics. Edities: 1590173767, 1590176553 Yale University PressEen editie van dit boek werd gepubliceerd door Yale University Press. Tantor MediaEen editie van dit boek werd gepubliceerd door Tantor Media. Urban RomanticsEen editie van dit boek werd gepubliceerd door Urban Romantics. |
Nu, zoveel later, las ik het opnieuw. En opnieuw werd ik gegrepen door de omstandige verteltrant en het aanstekelijk verhaal. Gogol heeft zich bewust op het standpunt gezet van de alwetende verteller, die zijn toehoorder meeneemt in een met veel smaak verteld verhaal, met de nodige uitweidingen, treffende karaktertekeningen, beschrijvingen van landschappen en op tijd en stond een moraliserende opmerking. Wat me nu vooral opviel is dat het de auteur duidelijk niet zozeer om Tsjitsjikow zelf te doen is, onze would-be landeigenaar die de namen van gestorven horigen opkoopt om zich enige status aan te meten. Pas in hoofdstuk 11, ongeveer halfweg de roman, begint Gogol wat uit te weiden over het karakter, de jeugd en de ambitie van zijn protagonist.
En naar mijn mening was het de auteur ook niet zozeer te doen om het vermakelijke, picareske gehalte van de avonturen van zijn (anti)-held, die er weliswaar in slaagt een boel mensen voor de gek te houden, maar wiens fortuin zelf op- en neer gaat, en zowel gefêteerd als vernederd wordt. Neen, dat picareske is – zoals in elke picareske roman – maar de verpakking die de ware focus van het verhaal moet verhullen.
En wat is die focus dan wel? Wel, zeker in het lange (en afgewerkte) eerste deel is die duidelijk een tekening van de Russische ziel, in heel zijn diversiteit, zowel van boeren en lakeien als van nobelen en landeigenaars. Gogol zet ze met veel smaak te kijk, met al hun onhebbelijkheden, met als moraliserende ondertoon: ach, groot of klein, we zijn allemaal maar zielige mensen, die allemaal onderhevig zijn aan de luimen van het lot, en die allemaal onze kleine kantjes hebben. Je zou er eindeloos over kunnen discussiëren of het mensbeeld van Gogol in essentie misantropisch is of niet, maar voor mij spreekt er uit deze roman en uit zijn novellen een oprecht mededogen voor de menselijke conditie. Dat is wat deze schrijver zo groot maakt.
Het is spijtig dat ‘Dode Zielen’ onafgewerkt tot ons is gekomen. Vooral het tweede deel lijdt daar wel onder. Het is ook – in zijn overgeleverde staat – een beetje anders van karakter: veel minder picaresk, veel minder een kaleidoscoop van de Russische mens, veel meer moraliserend. Met zijn uitgebreide aandacht voor een vlijtige landeigenaar, die zijn landgoed heel efficiënt bestuurt, lijkt Gogol zelfs duidelijk een traktaat voor collega’s landeigenaars te hebben geschreven. Diezelfde ambiguïteit is ook terug te vinden als de auteur het over Rusland, met een heel grote ‘R’ heeft: op tijd en stond, en meer nog in het 2de deel heft hij een lofzang aan op zijn vaderland en onderstreept hij het unieke karakter van de Russische waarden en normen, de Russische inborst, enzovoort; maar het gemak waarmee hij zijn romanfiguren te kijk stelt en ridiculiseert, en zelfs uitdrukkelijk wijst op Russische zwakheden, doet vermoeden dat we die lof met een korrel zout moeten nemen. Het was Gogol dus onvermijdelijk om de universele mens te doen, en dat is een waarde van zijn oeuvre die wellicht altijd zal blijven aanspreken. ( )